Uniform Herstelkader Rentederivaten MKB

| 21-2-2017 | Simon Knappstein |

 

Op 19 december van vorig jaar is het definitieve herstelkader rentederivaten gepubliceerd door de Derivatencommissie. Dit is een update van de versie die al in juli van 2016 werd gepubliceerd. De update is inhoudelijk onveranderd maar bevat een aantal toelichtingen en bijlagen om de werking van het herstelkader te verduidelijken.
De opdracht om dit herstelkader op te stellen is door de Minister van Financiën in maart 2016 gegeven. Alle Nederlandse banken hebben zich aan dit herstelkader gecommitteerd.

Tegelijk met deze publicatie heeft de Derivatencommissie ook een informatieve brochure uitgegeven.  Banken zullen deze gaan opnemen in hun brieven die ze naar klanten met renteswaps gaan sturen. Hierin wordt op hoofdlijnen de werking van de compensatieregeling uitgelegd.
Eerst wordt het toepassingsbereik geschetst, voor wie geldt dit herstelkader?
Dit herstelkader is van toepassing op niet-professionele partijen die niet aan deskundigheids-eisen voldoen. Dat betekent in de praktijk dat het met name gaat om MKB-ondernemingen en particulieren. Verder gelden er voorwaarden met betrekking tot de looptijd van de rentederivaten. (Een interessante ontwikkeling is dat het gerechtshof in Den Haag gisteren geoordeeld heeft dat een groot bedrijf toch recht heeft op schadevergoeding voor renteswaps die de bank heeft verkocht, als vooraf duidelijk was dat het bedrijf geen speciale kennis had over dit soort financiële instrumenten.)

Vier stappen

Vervolgens zijn er vier stappen gedefinieerd om de hoogte van de compensatie te bepalen.

In stap 1 worden gestructureerde, complexe derivaten door de banken aangepast naar een renteswap, een rentecap of een rentecollar. Het verschil in netto cashflows wordt in deze stap gecompenseerd.

In stap 2 worden alle verschillen tussen het derivaat en de onderliggende financiering aangepast. Denk hierbij aan een overhedge in omvang, een overhedge in looptijd of afwijkingen in referentierente. Ook hier worden de verschillen in netto cashflows gecompenseerd.

In stap 3 bieden de banken een coulancevergoeding aan. Deze vergoeding bedraagt maximaal 20% van de rente die per saldo onder een renteswap dan wel rentecollar aan de bank is betaald en naar verwachting nog zal worden betaald. Deze vergoeding is gemaximeerd op €100.000,-. Mijn ervaring is dat met een looptijd van 10 jaar en een hoofdsom van €2,0 mio a €2,5 mio dat maximum wel bereikt wordt.

In stap 4 vergoeden banken onverwachte verhogingen van renteopslagen op financiering(en) die door een renteswap worden afgedekt.
De banken verwachten dat zij in de loop van 2017 hun klanten kunnen informeren met concrete compensatievoorstellen. De exacte timing zal per bank verschillen. Als de bank een voorstel heeft gedaan, kan de klant beslissen of hij van het voorstel gebruik maakt. Bij acceptatie van het voorstel, verleent hij finale kwijting aan de bank.

Toezichthouder AFM gaat er op toezien dat de banken en de externe beoordelaars dit proces zorgvuldig en volledig uitvoeren.

Als u meer wilt weten over dit herstelkader kunt u mij mailen op [email protected]

Simon Knappstein - editor treasuryXL

 

Simon Knappstein

Owner of FX Prospect