Uitgelicht: Tobintaks
| 20-10-2016 | Lionel Pavey |
De Europese Commissie heeft van tien lidstaten de opdracht gekregen om voor het eind van het jaar een richtlijn voor de Europese Tobintaks op te stellen. Oostenrijk, België, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Italië, Portugal, Slowakije, Slovenië en Spanje zijn het op 10 oktober eens geworden, de Europese versie van de transactie belasting gaat er komen. We vroegen Lionel Pavey wat hij hiervan denkt.
De tobintaks of financiële transactietaks (FTT) is een kleine belasting op valutatransacties, die in 1971 naar aanleiding van het de facto afschaffen van het systeem van Bretton Woods, door de Amerikaanse econoom en Nobelprijswinnaar James Tobin werd voorgesteld.
Welke financieel producten zijn belastbaar – valuta, obligaties, aandelen, derivaten? En wat is het doel van de Tobintaks – inkomst genereren of speculatieve handel verminderen? Denk hier aan flitshandel.
Waar gaan de opbrengsten naar toe? BIS onderzoek (2016) ziet een dagelijkse omzet voor valutatransacties van USD 5 biljoen. Meer dan 75% van deze handel is buiten de Europese Unie: Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten, Japan, Singapore en Hong Kong. Allemaal dus buiten beschouwing van de Tobintaks.
Met een belasting van 0.01% (omgerekend 1 pip op een valutatransactie) wordt een opbrengst gegenereerd van maximaal EUR 30 Miljard. De handel zal zich echter ook verplaatsen naar landen waar geen belasting is (weer Verenigd Koninkrijk in Europa) – dus nog minder opbrengst.
Ook zal er minder liquiditeit zijn in de markt waardoor het moeilijker wordt om een transactie te sluiten. Moet er een verschil zijn tussen een speculatieve transactie en een “hedging” transactie?
Er zijn, voorlopig, meer vragen dan antwoorden.
Cash Management and Treasury Specialist – Flex Treasurer